zondag 24 mei 2009

Zo 24 mei

Gisteravond zijn we na Mahler iets gaan drinken met de groep, en eigenlijk had ik er maar weinig zin in. Maar het voelt alsof het moet van de groep. Ik wil heel graag mee leuke dingen doen, zeker omdat het voor een paar mensen al het laatste weekend is. Maar ik ben vrij moe van het concert, en ik ben sowieso niet helemaal mee met de manier waarop de meeste feestjes hier gevierd worden – in de eerste plaats om het vele drinken. Maar de laatste weken is er nog iets anders wat me een beetje stoort, of liever, wat ervoor zorgt dat ik minder zin heb om mee te doen: laat ik het het Pony World syndroom noemen (die naam is zelf bedacht door de bewoners van de zesde verdieping). Ik heb het over het gevoel dat we hier de beste maatjes zijn, en dat het einde van de wereld nabij is als we volgende week moeten afscheid nemen. Wel, laat ik eerlijk zijn, ik deel dat gevoel niet. Versta me niet verkeerd, het zijn fijne mensen, maar niet mijn allerbeste vrienden, en ik heb om verschillende redenen ook zin om terug naar huis te gaan. Ik heb dit jaar hard gewerkt, en achteraf gezien misschien te weinig inspanningen geleverd op sociaal vlak. Daardoor voel ik me nu niet helemaal op mijn gemak bij al het geknuffel, maar ik heb ook geen zin om nu opeens wel veel moeite te gaan doen om er toch in mee te gaan of te doen alsof ik het allemaal wel leuk vind…
Maar genoeg gezaagd, er zijn nog genoeg leuke dingen om over te vertellen! Bijvoorbeeld: ’s avonds op bezoek bij Hege thuis. Het is heel fijn om nog eens in de Torso te zijn! Dat nu al zeker voor de laatste keer… We kijken samen naar de DVD van mijn concert (met de nodige pauzemomentjes waarin ze commentaar geeft, natuurlijk), en maken daarna lekker samen eten klaar: er staat zalm in de oven op het menu, met puree en groene asperges met pijnboompitjes, hmm! Van zodra de we in de keuken staan, schenkt ze me een glas wijn in en vraagt om vanaf nu dan maar te doen alsof ze geen leerkracht is, en geen blad voor de mond te nemen. Wat ik dan ook maar doe, zelfs zonder erbij na te denken, ik heb haar immers niets te vertellen wat ze niet zou willen horen. Ze praat over haar reis naar Vietnam, over haar kinderen, over haar leven met cello spelen, over wat mij nog allemaal te wachten staat (een beetje leerkracht blijft ze toch lekker wel). Ik vertel over hoe ik het dit jaar gevonden heb en over mijn leven in België, en maak van de gelegenheid gebruik om toch ook een half woordje over Rebecka te zeggen – ik ben er namelijk van overtuigd dat Hege gewoon niet weet dat zij het zo moeilijk heeft, want ze doet haar mond niet open, durft zelfs amper vragen te stellen als ze iets niet begrijpt. En ik heb begrepen dat Hege het toch ook erg vreemd en spijtig vind dat veel van haar leerlingen vertrokken zijn vooraleer ze eigenlijk al iets hadden geleerd van haar – dus waarom zou ik niet proberen om dat nu eens te voorkomen?

Geen opmerkingen: